zondag 22 januari 2017

Nieuwe nestkasten voor kerkuil en torenvalk

Reeds 25 jaar lang werken vrijwilligers van Natuurpunt Rupelstreek aan de bescherming van de kerkuil. Niet enkel in de Rupelstreek, maar ook in Klein-Brabant, Willebroek en enkele gemeenten in de Zuid-Antwerpse regio, waaronder Aartselaar en Kontich. De voorbije weken werd intens gewerkt aan het uitkuisen van door kerkuilen bewoonde nestkasten en de voorbereiding van het plaatsen van enkele nieuwe nestkasten.
Onder meer in het landelijke Klein-Brabant, vrijwilligers van Natuurpunt Klein-Brabant hebben reeds lang bijzonder goede contacten met het bedrijf Vermeiren-Princeps Speculoos in de wijk Klein-Mechelen in Bornem. Milieuzorg is een belangrijk aandachtspunt voor dit bedrijf en zo ontstond het idee om op het bedrijventerrein nestkasten te plaatsen voor torenvalk en kerkuil.
In principe worden nestkasten voor kerkuil in gebouwen geplaatst, maar dat was hier uitgesloten en er moest gezocht worden naar een goede locatie tegen de gevel van het bedrijf. Uiteindelijk werd ervoor geopteerd om een nestkast te plaatsen op een platform boven de aanvoersluis voor leveranciers.
Zoals steeds stond Ludwig Laureyssens garant voor de bouw van een speciale nestkast en een speciale constructie, waarop de nestkast kon gemonteerd worden.
Maandag 16 januari werd de nestkast geplaatst door Erik, Jos en Ludwig (vrijwilligers NP Rupelstreek) en daarbij kregen we de hulp van Sylvain Verbruggen en Pol Segers (vrijwilligers NP Klein-Brabant).
Achteraf werd er ook nog een nestkast voor torenvalk tegen een hoge Canadapopulier geplaatst. We kijken uit naar de komst van deze prachtige roofvogels, die in de nabije valleien van de Molenbeek en Vliet een mooi jachtgebied vinden.  
Tekst: Erik De Keersmaecker - Foto's: Pol Segers


Een terugblik op de najaarstrektellingen Noordelijk eiland 2016

Wanneer een vogelkijker op de schouder getikt wordt en de blik achteruit werpt, ziet hij, wanneer hij blaakt van gezondheid althans, maar één ding : het voorbije trektelseizoen.  Zoals voorheen werd het decor van de najaarstrektelpost vertolkt door de trektelbank t.h.v. de Rupelbocht bezuiden de grote plas van het Noordelijk eiland. 
Vanop dit bruggenhoofd kan de gevleugelde invasie trots worden in kaart gebracht.  Wisselende aantallen vogelkijkers kijken zich tureluurs ter hoogte van deze flessenhals voor migrerende bekjes. Waarom toch?
Is het enkel het verrassingselement dat tot de verbeelding spreekt of zijn het de groteske vertellingen van de deelnemers die de trektelgoesting zo furieus doet ontluiken? 
Hebben we eigenlijk nog iets van doen wanneer een zich in de middagzon opwarmend vogelkijkerslijf vervuld van gelukzalige blijdschap de golvende vlucht van een jodelende boomleeuwerik het staalblauwe uitspansel zuidwaarts ziet aan flarden rijten? 
Het is de totaalervaring die het trektellen zo iconisch doet blinken : het zenuwachtige geklik van de tikkertjes, schalkse dromerijen, een vergeten thermos, felicitaties, heel veel tocht, blije gezichten, doorzettingsvermogen, een versteend banaanoffer.   
Een pullcounter lacht, geniet en count pull, niet meer niet minder. 
Augustus betekent al jarenlang de aanvang van het najaarstrektelseizoen.  Tien trektellingen vonden plaats vanop het paviljoen, uitkijkend over de Scheldevallei en de Rupel, goed voor 47u45 koene pluimobservatie.  Druppelsgewijs vingen onze zomerse logés aan hun trek- en zwerftocht, ofschoon de temperaturen nog vlot richting 30°C stoven.  Dit alles leverde 184 ooievaars op (grootste groep 62 ex. op 14/08), 2 zwarte ooievaars, 7 wespendieven, 14 bruine kiekendieven en 3 visarenden.  Ook zoefden 2 zwarte sterns richting middagzon.

September bood een handvol trektelmomenten met in totaal 13u40 telgenot, goed voor onder andere 4 wespendieven, 34 ooievaars en een visarend.  Redelijk zomers weer boetseerde weinig trekdynamiek.  
Oktober, de trektelmaand der trektelmaanden deed de trektellers gelijk wespen naar een pot confituur postvatten aan de trektelbank.  We kregen er ook een trekteltafel bij, waarvoor dank! 
Twintig trekteldagen leverde 110u50 bikkelhard wetenschappelijk onderzoek op. 
De eerste twee dagen trok, bij ZW- wind, de bulk van graspiepers door met respectievelijk 2017 ex. en 709 ex..  De eerste oktoberdag zorgde ook al meteen voor dagrecords graspieper en grote gele kwikstaart (9 ex.).  Ook witte kwikstaart deed het op 01/10 puik met 110 individuen. 
Na dit eerste weekend, viel de trek compleet stil.  De flauwe NO- wind stond garant voor een gemis van aanvoer, enkel wat heen- en weer gefladder, erg akelig allemaal.  Op goede dagen werd met de beste wil een duizendtal vogels geteld, armzalig voor oktober.  Pas rond half oktober (14/10) gingen de aantallen weer de hoogte in bij een matige tegenwind.  Het weekend van 15/10 en 16/10 werd het “blinkerweekend” met respectievelijk 2720 en 9310 veldleeuweriken (ofwel “blinkers”), waarbij op deze laatste dag het nieuwbakken dagrecord van 14/10 op twee uurtjes naar eerste provinciale werd gedegradeerd. 
Op 18/10 trokken een kleine 12.000 vinken langs, wat het derde hoogste aantal ooit betrof. 
De beste aalscholverdag bleek 20/10 te zijn met (ietwat ondermaats) 522 ex..
Op 22/10 stoof het smelleken met 3 ex. naar een nieuw dagrecord.  Op de laatste dagen van oktober gingen de aantallen weer wat de hoogte in wat vooral te danken was aan houtduif en spreeuw. 
November leverde nog 10 trektelmomenten op voor een totale periode van 46u20 haastig zoeken. Op klimatologisch vlak werden temperaturen opgetekend tot 10°C, de wind woei uit de zuidwestelijke flank van de trektelpost. Nadien namen de temperaturen een duik naar een 5-tal graden met wind uit oostelijke richting. 
November tekende nog voor 23.267 vogels.  Hoogtepunten werden gevormd door een rode wouw, 5 prachtig langstrekkende kraanvogels, 31 goudplevieren en 2 goudvinken die op 12/11 werden opgemerkt. Verder nog enthousiaste aantallen houtduif en spreeuw en aardige aantallen kramsvogel en koperwiek.  Op 05/11 en 11/11 kwamen 12 resp. 6 kleine zwanen aan.  Opmerkelijk is dat het dozijn kleine zwanen van 05/11 een luttele 25 minuutjes eerder langsheen de noordelijke trektelpost Opstalvallei vlogen, wat een vliegsnelheid van ongeveer 60 km/u opleverde.
Het trektelseizoen was zonder meer apart met enkele opvallende afwezigen zoals velduil en baardman maar anderzijds ook erg mooie ontmoetingen met o.a. een fabelachtig nieuw record van veldleeuwerik op 16/10 (9310 ex.).  Hiermee valt het doek over het voorbije trektelseizoen en rest ons een woord van dank te richten aan zij die hun tijd en goed humeur schonken aan de wetenschap en de collega’s, dank aan de 10.000den besnavelde geluksbrengers en aan allen die hun goede wil etaleerden. 
Wie wil nalezen kan terecht op www.trektellen.nl – doorklikken naar Noordelijk eiland, Wintam. 
Kandidaat- trektellers zijn welkom vanaf ongeveer maart 2017 op het paviljoentje op de noordpunt van het Noordelijk eiland, vnl. tijdens de weekends.
Tekst en foto’s: Wouter Van Assche – Vogelwerkgroep Rupel

zondag 15 januari 2017

Een knobbelzwaan in de tuin…

Op vrijdag 30 december kregen we een telefoontje van Jan Calluy uit de Tuinwijk in Rumst, met de melding dat ze voor hun “kleine” tuin een ongewone gast op bezoek hadden: een knobbelzwaan. En of we die vogel konden vangen en hem ergens anders vrijlaten.
Knobbelzwanen stralen met een gewicht van 12 kg en een vleugelspanwijdte van ruim 2 meter niet enkel veel schoonheid, maar ook veel brute kracht uit en ze zouden met een klap van een van hun vleugels bij een volwassen man gemakkelijk een arm kunnen breken. De vogel vangen zou dus geen eenvoudig karwei worden.
Gekleurringde knobbelzwaan in tuin Tuinwijk Rumst - foto: Jan Calluy
Toch snel wat materiaal bij elkaar gezocht: een oud, groot en vooral zwaar overgordijn, een grote doos, een schepnet met een lange verlengstok en vooral veel moed. Eerst in Hemiksem nog Jos opgepikt en dan op weg naar Rumst, met onderweg in het hoofd een scenario bedenken hoe de vangst moest verlopen.
Het schepnet over de kop van de zwaan slaan, dan het zware overgordijn erover, dan de zwaan tussen 2 benen klemmen en trachten om de vogel in de grote doos te stoppen. Zoiets moest het worden, maar succes was niet gegarandeerd.
Aangekomen in Rumst wachtte ons een verrassing, de knobbelzwaan zat niet langer in de tuin van de familie Calluy, maar liep midden op de straat. De Tuinwijk is een drukke verbindingstraat tussen Rumst en Duffel, aan toeschouwers dus geen gebrek, met alle buren op de stoep en in beide richtingen een rij wachtende auto’s. Met veel moed en al het materiaal op weg naar de zwaan en dan gebeurde gelukkig wat moest gebeuren. De zwaan nam midden op straat een aanloop en steeg op zoals alleen zwanen dat kunnen. Met een langzaam hellende vlucht, net boven de rij wachtende auto’s en het typische zoevende geluid van de grote zwanenvleugels. Klus geklaard…


Achteraf kregen we enkele foto’s doorgestuurd van Jan Calluy toen de knobbelzwaan nog in hun tuin zat en  daarop was duidelijk te zien, dat de knobbelzwaan gekleurringd was, met een witte PVC-ring en daarop de code: L 27
Tekst: Erik De Keersmaecker - Natuurpunt Rupelstreek 

Eerste vogelkijkwandeling van 2017 verrast…

Winterweer is steeds onvoorspelbaar en dat zorgde ervoor dat het eerste maandelijks rondje vogels spotten aan het Noordelijk eiland wegens spekgladde wegen werd afgelast. Meteen zal de vogelkijkwandeling van zaterdag 14 januari ingevuld worden als onze eerste vogelkijkwandeling van 2017.
Maar dat is uiteraard niet de belangrijkste reden dat de 12 deelnemers met veel genoegen naar deze excursie zullen terugblikken. Het eerste leuke vogelkijkmoment van de dag diende zich aan vanop de wandelbrug over de Dijle, waarbij in de polder van Heindonk enkele buizerden gespot werden. Tweede leuk moment langs de oever van de Dijle, waar voortgestuwd door een sterk afgaand getij enkele pagina’s eendensoorten uit onze vogelgids voorbij dreven. De wandelbruggen over de Zenne en het kanaal Dijle-Leuven brachten opnieuw een verrassing, met een volgelopen Zennegat, meteen waren we getuige van de eerste overstromingen van dit nieuwe SIGMA-gebied.
Vanop de kanaaldijk en met de zon in de rug was het heerlijk vogels kijken. Veel eenden en meeuwen, maar ook grote zilverreigers en veel blauwe reigers, die hun magen konden volvreten met de voor het water vluchtende muizen. Topmoment was echter een ijsvogel, deze kleine kleurenvogel deed precies wat van hem verwacht werd: enkele minuten poseren op een takje vlakbij.

Op de Dijledijk keerden onze kansen, met hardnekkige winterse buien. Nog een stop aan de nieuwe uitlaatsluis waar tonnen water met geweld opnieuw de Dijle instroomden en net na een opvliegende watersnip de apotheose van de dag, met minutenlang kijken naar het luchtballet van een velduil.

Het cafeetje Zennegat was erg welkom voor de picknick en een warme plek, een kop koffie of thee of een bord soep. Na de middag beslisten de weergoden dat het genoeg was geweest en werd de excursie aan het Battenbroek afgebroken, met een snelmars terug naar de startplaats. 

Tekst: Erik De Keersmaecker
Foto's: Nel De Backer  

woensdag 4 januari 2017

Natuurpunt verwent steenuiltjes

Niet enkel de kerkuil, maar ook het steenuiltje ligt bijzonder hoog in onze zorgparade. In deze periode van het jaar is dat vooral door een kwaliteitscontrole van de bestaande nestkastjes. 

Zijn ze nog in goede staat? Is er nog voldoende bodemmateriaal aanwezig? 

dinsdag 3 januari 2017

Terugmeldingen geringde kerkuilen

Ringen jonge kerkuil - Sylvain Verbruggen
De vondst van geringde kerkuilen legt meteen een deel van het levensverhaal bloot van deze prachtige vogels. Zo krijgen we af en toe rapporten binnen van de Ringdienst Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN) van door ons geringde vogels, die als ze geluk hebben, levend in een nestkast worden waargenomen, bijvoorbeeld als broedvogels. Of als ze minder geluk hadden, dood werden teruggevonden, meestal als verkeersslachtoffer.

Kerkuilen in de tabellen

Tekst en foto: Erik De Keersmaecker - regio-coördinator Kerkuilwerkgroep
Net voor eindejaar werden de resultaten van het Kerkuilproject 2016 van Natuurpunt Rupelstreek overgemaakt aan Ludo Smets, nationaal en provinciaal coördinator van de Kerkuilwerkgroep Vlaanderen.

Het kerkuilproject  van Natuurpunt Rupelstreek strekt zich uit over Klein-Brabant, de Rupelstreek, de zuid-Antwerpse regio en Willebroek.

Siberische babbelaars op het Noordelijk eiland

Kleine zwanen - Wim Van Eyken
Het is ondertussen een jaarlijks weerkerend fenomeen, de komst van een groep kleine zwanen naar het Noordelijk eiland. Op 16 oktober werden de eerste vogels opgemerkt en daarna stegen de aantallen tot 20 exemplaren op 21 oktober, midden november waren ze al met 30 en daarna daalden de aantallen weer tot een 20-tal vogels eind december. In tegenstelling tot knobbelzwanen zijn het helemaal geen stille vogels, maar babbelen ze er lustig op los. Een fantastisch geluid om te horen.